Beschrijving
Bayou is een historische roman geschreven door Arie de Ruiter.
Onder de Afrikaanse zon groeit het meisje Bayou op tot jonge vrouw. Ze droomt ervan om aan een goede man geschonken te worden en samen met hem gelukkig te zijn. Maar niet alles gaat zoals ze had gehoopt. Totaal niet zelfs.
In Middelburg zingt kleermaker, schoen- en klompenmaker IJsbrand het hoogste lied. Hij is gelukkig, altijd in een goed humeur en zit nooit om opdrachten verlegen. Totdat zijn gezin door onheil getroffen wordt.
Deze pakkende roman beschrijft hoe mensen uit totaal verschillende werelden door het noodlot naar elkaar toe worden gedreven en is gebaseerd op een ware gebeurtenis ten tijde van het Nederlandse slavernijverleden.
Ook van Arie de Ruiter zijn beschikbaar:
Lees meer over Arie de Ruiter op zijn auteurspagina.
Fragmenten uit Bayou:
Hart van Afrika – De lucht is drukkend, zoals altijd. Met het klimmen van de zon wordt het alsmaar heter. Als die vurige bal op zijn hoogtepunt staat, is zijn warmte moordend.
Wanneer de oude man genoeg lijkt te hebben van zijn spel en de kinderen wegstuurt, merkt Bayou haar knorrende buik. Zij levert Hummeltje af bij zijn moeder en loopt dan naar de hare.
‘Ma, ik heb trek. Mag ik wat eten?’
‘Pak maar een kikker.’
‘Lekker ma.’
‘Gelukkig. Dan ben ik gisteren niet voor niets het bos ingelopen om die beestjes te vangen,’ antwoordt haar moeder. ‘Net zoals ik om de haverklap de rimboe in kan gaan om palmbomensap te winnen voor de bounok die je vader zo nodig moet hebben.’ Bayou lacht hardop. Haar moeder klinkt wel knorrig, maar ze meent er niets van. Zelf lust ze namelijk ook wel een stevige slok van dat vocht, waarvan men zo vrolijk wordt.
Uit een emmer pakt ze de grootste kikker die zij kan vinden en steekt hem direct in haar mond. Het geeft haar een heerlijk fris gevoel. De pootjes bewegen lekker kriebelend over haar tong. Als ze het beestje doorbijt dringt het aangename, romige vlees haar mond binnen.
‘Mag ik er nog een?’
‘Denk je dat de kikkers zelf hierheen komen springen? Nou, vooruit dan maar.’
‘Dank ma.’ Bayou pakt een tweede kikker en steekt stiekem ook nog een derde in haar mond.
‘En jij denkt dat ik dat niet in de gaten heb?’ Opnieuw lacht Bayou. Ze houdt van haar moeder en ze dollen graag met elkaar. Ma stuurt haar weg.
Middelburg – ‘Wat moeten we zeggen, als we iemand tegenkomen?’
‘Verzin maar wat,’ zegt Bartus. ‘Je kunt immers liegen als de beste.’ Daarmee verdwijnt hij in de nacht. Er blijft voor de achterblijvers niets anders over dan de gebeurtenissen gewoon af te wachten. Ze hebben nog steeds geen idee van wat er op stapel staat.
Na ongeveer een kwartier begint het carillon van de Lange Jan te spelen. Volkomen onverwacht en al helemaal niet met de gewijde klanken die het gewoonlijk voortbrengt. Integendeel! Over de stad klinkt de melodie van een schandelijk lied. Een schunnig vers dat gewoonlijk in kroegen gezongen wordt, wanneer de gasten zich uitgebreid met wijn hebben volgegoten. Natuurlijk blijven de meeste inwoners van Middelburg wel weg uit dit soort gelegenheden dat door zeelui en allerlei ander gespuis bezocht wordt. Desondanks hebben de meeste stedelingen het liedje wel degelijk eens gehoord en menigeen kent het zelfs uit het hoofd. Met moeite houdt Mayke een onbedaarlijke lachbui in, wanneer zij zich voorstelt hoe in veel woningen verontwaardigd of geschokt gereageerd wordt bij het aanhoren van deze wanstaltige melodie.
Het kan niet uitblijven. Al snel komen de mannen van de schutterij aangehold. Hoewel Mayke het vanaf haar schuilplaatsje niet kan zien, kan ze wel raden dat de mannen de toren inrennen en als een razende de trap opgaan. Voordat ze boven kunnen zijn, houdt het klokkenspel al op. Mayke hoopt maar dat het nu goed zal gaan. Bartus weet wel wat hij doet, maar de kans dat hij gepakt wordt, is levensgroot.
Beoordelingen
Er zijn nog geen beoordelingen.